Pionieren: de kruissjorring

 

De kruissjorring wordt gebruikt om twee palen loodrecht ten opzichte van elkaar te bevestigen. Dat loodrecht mag je met een korrel zout nemen: de palen mogen best onder een hoek kleiner dan 90 graden staan. Soms is het beter om in dat geval een diagornaalsjorring te maken.

Begin met een mastworp: deze maak je aan de paal vast waar straks de kracht op komt te staan. Afhankelijk van de mechanische druk maak je de mastworp boven of onderaan. Voorbeeld: als je een bankje maakt, dan komen de krachten van de horizontale paal die de zitting vormt op de vertikale paal die de "poot van het bankje" is. De mastworp maak je dan om de vertikale paal aan de onderkant van de sjorring.In het plaatje hieronder komt de druk ook van boven, dus je legt de mastworp op de verticale paal onder.

Vervolgens sla je het touw drie keer om de palen heen. Let op dat de slagen op de balk-met-mastworp naar buiten worden gelegd en op de andere balk naar binnen worden gelegd. Zo voorkom dat de touwen elkaar kruisen en de sjorring zwakker wordt. Zorg dat alles netjes tegen elkaar aanligt en trek elke slag goed aan.

Kruissjorring 1

Vervolgens moet je gaan woelen. Je slaat het touw tussen de palen door om de slagen heen. Elke woeling trek je weer strak aan. Je maakt net zoveel woelingen als slagen, dus normaal 3 keer.

kruissjorring 2

 Tot slot het laatste loodje: een mastworp op de horizontale paal:

kruissjorring 3

 

 

 
Vind ons op Facebook
Volg ons op Twitter